~* Dinsdagverhaal – Hartslag *~

~* Dinsdagverhaal – Hartslag *~

Zij was mijn warmste herinnering. Een waar ik puzzelstukjes van miste. Al zeven jaar had ik haar niet gezien en toch werd ik telkens overvallen door die gedachte.
Wat ik in haar ogen was wist ik niet. Misschien dacht zij ook van tijd tot tijd aan mij, was ik een flinter in haar onverwachte dromen zoals zij in de mijne. Misschien wist ze mijn naam niet meer, of de kleur van mijn ogen. Die van haar wist ik nog wel. Blauw. Het felste blauw wat ik ooit zag.
Of ik verliefd op haar was wist ik niet. Het speelde op dat moment niet in mijn hoofd. Naar mijn hart luisteren had ik nog niet geleerd, zeker niet bij haar. Wat ik wel wist, was dat die ene, korte knuffel die we ooit deelden de reden van die warme herinnering was.
Het was niet voor mij, niet persoonlijk. Het was een feest, een afscheid en we kenden elkaar nauwelijks. Maar zij knuffelden elkaar en dus, toen wij plots tegenover elkaar stonden, wij ook. Onhandig, twijfelend. De een begon met een hand, de ander met een kus op de wang en ineens duwde zich dat tot een omhelzing. Een aanraking van lichamen en ledematen, gepast kort, niet te stevig. Ik knuffelde haar.
Dat is alles wat die herinnering nu nog was. Ik knuffelde haar. We raakten elkaar aan. Een feit, aanwezige kennis. De details ontbraken. Het kwam zo abrupt dat ik geen tijd had mijn besef te sturen.
Toen we weer loslieten, ik wegliep in de realisaties dat onze lichamen elkaar geraakt hadden, was er niet meer dan dat. Hoeveel ik er later ook over nadacht, meer kwam er niet.
Had ik haar hartslag tegen mijn borst gevoeld? Haar borsten tegen mijn borst? Had ik, toen mijn neus zo vlak bij haar hals was, ingeademd om haar zoete parfum in mij op te slaan? Ik had een vage herinnering aan hoe mijn hand op haar rug voelde. Haar handen op de mijne leken niet te bestaan. Hadden onze oren elkaar geraakt? Onze wangen? Keek ze me aan na de knuffel? Liep zij het eerste weg of deed ik dat?
Ik wist het niet meer. Zelfs nu, zoveel jaren later, hoopte ik me plots iets te herinneren. Dat ze bloosde toen ze me losliet, wellicht. Dat haar hartslag in haar hals tegen mijn schouder drukte. Dat ze haar hand even op mijn rug liet rusten voor ze me weer losliet. Maar dat was er niet. Ik moest het doen met een feit. Alsof iemand me vertelde dat het gebeurd was, zonder dat ik er zelf bij was.
Dat. Die kleine, incomplete puzzel was mijn warmste herinnering. Hoe treurig was dat.

Reacties zijn gesloten.